Ik schat
– ruwweg- :
a) drie containers,
waarvan anderhalve container hapjes
een halve container dessertjes
en een container ‘plats’
b) vierduizend mensen
waarvan zo’n honderd dubbels
duizend die al weg waren nog vóór de zoetjes
en tientallen kindjes, nog aan de moedermelk
En dan breng ik
het voedsel uit a) bij de mensen uit b),
heeft iedereen honger,
wordt er goed gegeten,
en duimen en vingers afgelikt.
Soms, als ik in een dipje zit,
maak ik dit soort optelsommetjes,
om het met een sausje te overgieten.
En dan begin ik gezwind aan de afwas,
van – och God – enkele borden, potten en pannen.